Singer-songwriter Benjamin Winter (33) woont ieder jaar een paar maanden in Nederland, maar lijkt al helemaal ingeburgerd. Hij komt met de fiets, kan ‘gezelligheid’ uitspreken en is nuchter: ‘Ik hoef niet rijk of beroemd te worden’.
Je bent al jaren aan het toeren in Amerika, maar hier kennen nog niet veel mensen je naam. Hoe wil je jezelf aan Nederland voorstellen?
‘Ik hoop dat mijn muziek voor zich spreekt. Dat gaat over alles waar we mee te maken hebben in het leven. Klinkt zwaar, maar ik denk dat het daardoor juist iedereen kan aanspreken. Iedereen houdt bijvoorbeeld van muziek, seks en eten. Dat is de big picture van mijn muziek: ik zoek gelijkenissen tussen mensen over de hele wereld. Ik hou ervan om even achterover te gaan zitten en mensen te observeren. Als songwriter is het je taak om naar de wereld te kijken en de dingen die je ziet te vertalen naar een liedje.’
Het is dus maar goed dat je carrière als professioneel footballspeler is beëindigd?
‘Ik móet daar wel vrede mee hebben, anders zou ik gek worden. Toen ik gewond raakte (Benjamin kreeg meerdere hersenschuddingen en kon daardoor niet meer spelen, red.), kreeg ik echt een shock. Ik stond als jochie van vijf al op het sportveld; football was mijn hele identiteit. In één klap viel dat weg. Ineens moest ik mijn energie ergens anders op richten en dat werd muziek.’
En wat als dat niet was gelukt?
‘Mocht dit echt mislukken, dan blijf ik altijd muziek spelen. Toch ben ik daar nooit bang voor geweest: als het niet lukt, heeft het nou eenmaal niet zo mogen zijn. Niet al je plannen slagen. Bovendien hoef ik niet rijk of beroemd te worden, ik wil alleen mensen raken met mijn muziek. Dat is genoeg.’
En dat in een tijd waarin David Gray al toegaf last te hebben van de economische crisis.
‘Ik merk dat ook wel: ik verdiende af en toe wat geld met fotografie en daar geven mensen nu niet veel meer aan uit. Maar ja, het blijft altijd lastig: het geld moet toch via plaatverkoop binnenkomen. Maar zo’n luxe levensstijl heb ik ook weer niet – en wat we aan de plaat uitgeven, verdienen we ook weer terug. David Gray is trouwens een van mijn helden.’
Wie zijn je andere muzikale helden?
‘Mijn album is best folk-achtig en dat heeft te maken met mijn roots: mijn vader is een cowboy uit Californië en ik ben opgegroeid op een boerderij. Daar luisterden we veel naar gospel en ook naar folk, Johnny Cash en John Denver. Dat komt terug op dit album.’
Hoe bevalt het leven in Amsterdam?
‘In Nederland is de verdeling tussen werk en vrije tijd gezonder. Als je klaar bent met werken, is het ook echt klaar.’ (In het Nederlands:) ‘En gezelligheid kent hier geen tijd. In Amerika is de maatschappij gejaagder, we werken langer en hebben minder vakantie. Aan de andere kant ben je in Californië wel meer buiten: daar spreek je na het werk af om even te gaan surfen.’
De komende tijd sta je veel op het podium. Wanneer is zo’n avond voor jou geslaagd?
‘Ik treed al dertien jaar op, maar iedere keer als ik op het podium sta ben ik weer dankbaar dat mensen geld hebben betaald en de moeite hebben genomen om mij te gaan zien. Als ik dat zie, ben ik blij. Als het er 400 zijn, maar ook als het er maar vijf zijn. Ik wil muziek brengen zoals het bedoeld is, oprecht en vanuit mijn hart.’