Interview ecoloog Sterrin Smalbrugge (Het Parool)

Vrouwelijke koningscobra’s kunnen zich in hun eentje voortplanten, blijkt uit nieuw onderzoek, waaraan ecoloog Sterrin Smalbrugge (27), net als bioloog Freek Vonk, meewerkte.

tekst Kim van der Meulen

Dat sommige dieren geen partner nodig hebben om zich voort te planten, was al bekend. Maar dat ook vrouwelijke koningscobra’s dat kunnen, werd vorige week pas naar buiten gebracht. Ecoloog en herpetoloog (reptielendeskundige) Sterrin Smalbrugge werkte binnen een internationaal team vijf jaar aan het baanbrekende onderzoek, dat onlangs werd gepubliceerd in het vakblad Nature Scientific Reports. “Ik was al verliefd op de koningscobra, maar die vrouwtjes zijn gewoon badass.”

Wat maakt de koningscobra zo fascinerend?
“Het is de langste gifslang ter wereld: hij kan wel vijf meter lang worden. En het is de enige slangensoort ter wereld die een nest bouwt voor haar jongen – best een uitdaging, zonder ledematen. Dat nest verdedigt ze met haar leven. In het gif van de koningscobra zitten stoffen die interessant zijn voor de medische wetenschap, en deze slang is ook nog eens heel mooi. Eigenlijk is er geen reden om niet van koningscobra’s te houden. Ja, ze kunnen met één beet veertig volwassen mensen doden. Maar dat is een megacool wapen, dat ze vooral gebruiken om aan hun eten te komen. Als ik naar een koningscobra kijk, krijg ik gewoon kriebels in mijn buik. Dat maagdelijke voortplanting juist bij deze soort is ontdekt, is fantastisch.”

Wat was jouw rol in het onderzoek?
“In 2016 werd mijn toenmalige vriend, reptielenexpert Romilly van den Bergh, gebeld door een vriend: ‘Ayla heeft eieren gelegd.’ Toen sprong ik al door het dak: Ayla is een vrouwelijke koningscobra die thuis gehouden wordt en die nog nooit in haar leven bij een mannetje is geweest, laat staan seks heeft gehad. We hebben de 24 eieren laten overkomen en in een broedmachine gestopt. Twee ervan bleken levensvatbaar, al hebben de jonge ­dieren maar een paar dagen geleefd.”

“Ik heb de embryo’s uit het ei gehaald en er sectie op gepleegd. Het viel me meteen op dat ze deformaties hadden: hun schedel was vergroeid en ze hadden rare vergroeiingen aan de ruggengraat. Maar ze hadden wel geleefd. Een belangrijk detail, want uit parthenogenese – maagdelijke voortplanting – komen vaak dieren voort die niet levensvatbaar zijn. Het materiaal is in Amerika onderzocht door een groep onderzoekers die zich veel bezighoudt met parthenogenese. Zij hebben vastgesteld dat de eieren door parthenogenese zijn ontstaan. En we weten nu meer over de manier waarop dat heeft plaats­gevonden.”

Hoe gaat zo’n solobevruchting in z’n werk?
“In de eierstokken van het vrouwtje worden eieren gemaakt door een proces dat meiose heet (hierbij worden de cellen gekopieerd, gereorganiseerd en gescheiden, red.). Die eieren bevatten de helft van de chromosomen van de moeder. Normaal gesproken zou de vader die helft aanvullen, maar nu voegt het vrouwtje een bijproduct van de meiose – kleine celletjes – samen met het ei om zo nageslacht te maken. Telkens wordt dat materiaal weer anders gemixt. Daarom zaten er maar twee combinaties bij die levensvatbaar waren. De nakomelingen waren trouwens geen klonen van de moeder. Die vorm van par­thenogenese bestaat ook, maar daarvan was hier geen sprake. De embryo’s waren mannetjes.”

De ultieme vrouwelijke onafhankelijkheid.
“Zo zie ik het wel een beetje. Wij mensen hebben nog een zaaddonor nodig om alleen een kind op de wereld te zetten, maar voor de koningscobra geldt echt: I don’t need no man.”

Komt maagdelijke voortplanting vaker voor bij slangen?
“Dit is voor het eerst dat het is vastgelegd bij konings­cobra’s. Maar het komt wel vaker voor bij slangen, een aantal hagedissoorten, haaien en gevogelte. Het is alleen lastig om parthenogenese in het wild te onderzoeken. Daarvoor heb je de moeder én het nageslacht nodig, en moet je uitsluiten dat er een mannetje aan te pas is gekomen. Ik weet dat er veel dingen misgaan met het houden van reptielen, maar er worden ook veel bijzondere ontdekkingen gedaan dankzij mensen die dieren houden. Daarbij moet het dierenwelzijn natuurlijk altijd vooropstaan. De kans dat we dit in het wild hadden ontdekt, is heel klein.”

Koningscobra’s zijn kwetsbaar voor uitsterven. Kan dit een oplossing zijn?
“Nee, in principe is het een vorm van inteelt. Mensen kunnen nu dus niet denken: het maakt niks uit als we hun habitat vernielen, want ze planten zichzelf toch wel voort. Op de lange termijn worden die nakomelingen steeds zwakker en zwakker. Hoe minder genetische diversiteit je hebt, hoe meer kansen er komen voor allerlei ziektes en afwijkingen. Denk maar aan de Habsburgs, die Spaanse vorstelijke familie. Dat ging niet zo goed, die vaders met dochters en broers met zussen. De laatste Habsburg kon niet eens zelf eten. Op de lange termijn is dit geen oplossing.”

Wat hebben we aan deze kennis?
“Stel, je hebt een slang die per ongeluk in een plantenbak of bananendoos wordt verscheept naar een gebied waar ie niet voorkomt, maar wel kan overleven qua klimaat en leefomgeving. Dat is normaal gesproken geen probleem. Maar als dat ene dier zich gaat voortplanten, krijg je hele kolonies en dat kan een probleem zijn voor onze natuur. Daarom is het van ecologisch belang om te weten welke dieren zich zo kunnen voortplanten en hoe ze dat doen. Dit is bij de koningscobra trouwens helemaal niet aan de hand. Ook is het belangrijk om te onderzoeken of deze manier van voortplanting in het wild gaat toenemen, nu de leefomgeving van veel dieren verdwijnt. Dat is namelijk niet wenselijk.”

Je hebt twee kinderboeken over reptielen geschreven en presenteerde Reptielengek op Videoland. Wat wil je bereiken met je werk?
“Ik probeer kennis over reptielen te vergroten en de publieke opinie over deze dieren te veranderen, zodat er meer geld vrijkomt voor onderzoek en bescherming. ­Reptielen zijn een van de meest onderbestudeerde en ondergewaardeerde diergroepen ter wereld. Je kunt zeggen: wat boeit dat, maar elk dier heeft een rol in het ecosysteem. Van veel reptielen hebben we niet eens basale kennis: wat eten ze, hoe ziet hun sociale leven eruit?”

“Ik geloof wat mijn grote held Steve Irwin (de Australische dierenkenner die in 2006 stierf na een steek van een pijlstaartrog, red.) altijd zei: als je de angst en onwetendheid weghaalt, ga je houden van deze dieren. En waar je van houdt, wil je beschermen. Vandaar dat ik ook boeken en tv-programma’s maak. Misschien denkt een kind dan niet: ik word leeuwenonderzoeker, maar: ik ga uitzoeken hoe hagedissen leven.”

De wetenschap is grotendeels een mannenwereld. Wil je ook stimuleren dat meer meisjes zich interesseren voor dit onderzoeksgebied?
“Ik hoop dat meiden door mijn werk zien dat je als op-en-top vrouw ook met giftige slangen en gevaarlijke krokodillen kunt werken. Al wil ik absoluut niet het beeld creëren dat je als man geen vrouwen zou kunnen inspireren of andersom. Ik krijg dagelijks berichtjes van meisjes én jongens die zeggen: later als ik groot ben, wil ik zijn zoals jij. En mijn voorbeeld was Steve Irwin, een grote, gespierde man. Maar wat me als meisje vooral raakte, was een scène waarin hij huilt om de dood van een krokodil. Hij verbrak de grenzen van masculinity. In veel tv-programma’s gaat het over: zoveel tanden heeft deze slang, zo groot is ie, kijk mij eens met deze gevaarlijke dieren omgaan. Ik wil een andere, zachtere kant van reptielen laten zien. Ik vertel dan: de krokodil beschermt met haar kaken haar kindjes, ze is een goede moeder. Daar kun je veel meer mensen mee raken, denk ik.”

Daar gaat de vaak gemaakte vergelijking tussen jou en medeonderzoeker Freek Vonk al mank.
“Ach, iedereen benadert deze onderwerpen op zijn of haar manier. Freek heeft op een geweldige manier veel betekend voor het enthousiasmeren van kinderen voor de natuur. Dat doe ik ook, ik doe het alleen op mijn eigen manier.”

Wat ga je doen nu het onderzoek erop zit?
“Ik werk aan mijn PhD en er verschijnt eind dit jaar een boek over reptielen voor volwassenen. Die moeten ook om, haha. Uiteindelijk wil ik graag internationale televisie maken, om met de wereld te delen welke ontdekkingen we doen over de rol van reptielen in het ecosysteem en hoe mensen deze dieren beïnvloeden.”

“Ik wil me mijn hele leven inzetten om de wereld een betere plek te maken voor reptielen, die onterecht in een kwaad daglicht staan. Dat heb ik met mezelf afgesproken op mijn twaalfde, op de dag dat Steve Irwin overleed. En ja, aan mijn werk kleeft het risico dat ook ik er eventueel aan kan doodgaan. Maar als ik nu dood zou neervallen, waren reptielen waarmee ik tot nu toe heb gewerkt het me waard. Die ervaring pakt niemand me meer af.”


Documentaire
Sterrin Smalbrugge heeft samen met The Conservation Front, een team van natuurbeschermers, een documentaire gemaakt over de koningscobra op Bali: Saving the King Cobra. Hierin laat ze zien hoe problematisch het is dat er steeds minder ruimte voor de slang is en wat inwoners ­daartegen doen. Te zien via theconservationfront.com.
Het Parool, 8 april 2021